EXCLUSIEF INTERVIEW: GINA BENTVELSEN


Saturday Night Fever
is een van de bekendste musicalfilms uit de vorige eeuw. In 2024 is een nieuwe adaptatie te zien in het theater. Musicalactrice Gina Bentvelsen speelt al een aantal jaren in musicals en Saturday Night Fever wordt haar eerste grote rol. Hoe kijkt zij naar haar personage en de intensiteit van haar rol en wat is echt haar toekomstige droomrol? Ze nam de tijd om bij ons langs te komen zodat wij haar er alles over konden vragen.

Dit interview liever kijken of luisteren? Klik dan op de podcast onder aan deze pagina!

Je speelt al een paar jaar in veel verschillende musicals. Wat maakt het genre musicals zo aantrekkelijk voor jou?
Gina: “Wat ik zo mooi vind aan musical, is dat je met iedereen in de zaal wordt meegenomen in een verhaal waarin alles samenkomt met muziek, en emotie daardoor nog sterker naar boven komt. Dat is iets wat je nergens anders kan ervaren. Om daar deel van uit te mogen maken als speler, is iets heel bijzonders. Dat is wel één van de redenen dat ik wel heel graag in musicals werk.”

Hiervoor heb je muziektheater gestudeerd. In hoeverre komt je opleiding van pas bij je werkleven nu?
“Oh, heel erg. Ik heb in Rotterdam gestudeerd op Codarts. Je bent dan dag in, dag uit, bezig met het vak. Elke dag sta je voor een pianist, een docent en een publiek te zingen, dansen en performen en op die manier leer je om met de druk om te gaan. Dat is iets wat je heel erg nodig hebt in het vak. Je leert tijdens de opleiding ook om heel erg hard te werken en heel veel hart en passie ervoor te hebben. Dat heb je ook nodig om in het werkveld te blijven werken, het is soms best lastig omdat je geen echte baanzekerheid hebt. Je werkt in projecten van ongeveer 19 maanden, maar je bent ondertussen al op zoek van wat je erna gaat doen. Dat kan je soms wel onzeker maken, want je hebt nooit de stabiliteit van een vast contract. Dus tijdens de opleiding leer je om hard te werken en te staan voor wie je bent.”

De musicals Kinky Boots en Saturday Night Fever zijn beiden gebaseerd op een film. Welke film zou jij graag nog meer geadapteerd zien als musical? 
“Ik hou zelf van films van Quentin Tarantino. Die zijn nogal gewelddadig en heftig, maar er zitten hele toffe dialogen in, bijvoorbeeld in Pulp Fiction of Kill Bill. Bij Kill Bill heb je een vrouwelijk personage die de hoofdrol speelt. Zij maakt een soort zoektocht door en komt allemaal rare personages tegen. En als ik dan zou mogen kiezen, zou ik zeker de rol van Uma Thurman willen spelen. Ik denk oprecht dat dat een goed idee zou zijn als dat ooit een musical zou worden.”

"Als je bijvoorbeeld Regina George
uit Mean Girls mag spelen,
dat is gewoon super vet."

Wat is jouw absolute droomrol?
“In het tweede jaar van mijn opleiding heb ik een personageonderzoek gedaan naar een personage uit een musical en toen heb ik voor Bonnie & Clyde gekozen. En er zat iets in die rol van Bonnie. Toen ik daarmee bezig was, voelde ik iets in mij veranderen. Er kwam een soort zelfverzekerdheid en vuur naar boven. Dus ik denk, die rol. Ik hou ook een beetje van de Amerikaanse musicals, als je bijvoorbeeld Regina George uit Mean Girls mag spelen, dat is gewoon super vet. Ja een beetje in die hoek denk ik."

In Saturday Night Fever speel je Annette, de oorspronkelijke danspartner van Tony Manero. Waarom trok die rol je aan?
“Ik vind Annette een heel interessant personage omdat er een tegenstrijdigheid in haar zit. Ze is op zoek naar haar geluk en zij denkt dat ze dat vindt bij het krijgen van Tony, waar ze ontzettend verliefd op is. Elke keuze die zij maakt, is omdat ze denkt ‘Als ik met hem samen ben, dan ga ik gelukkig zijn’. Maar dat komt omdat ze niet genoeg eigenwaarde en liefde voor zichzelf heeft. Daarom is ze constant op zoek naar bevestiging via externe factoren om zich gelukkig te voelen. De keuzes die zij maakt, zorgen ervoor dat ze steeds verder van zichzelf af komt te staan. Terwijl ze juist vanuit een naïeve positie denkt dat ze alles goed doet. Om die tegenstrijdigheid te spelen, lijkt me een heel interessante zoektocht.”

In Saturday Night Fever zingen jullie songs in zowel Engels als Nederlands. Wanneer kom je op het punt dat een song beter overkomt in het Nederlands dan in de originele taal?
“Ik denk wanneer het karakter ook daadwerkelijk iets vertelt wat in het verlengde ligt van het personage. Ik zing bijvoorbeeld het nummer If I Can’t Have You. Ik zing dat niet als een soort popliedje op een podium. Ik zing dat omdat ik echt voel: als ik jou niet heb, dan mis ik iets in mijn leven. Om dat dan in het Nederlands te vertolken, lijkt me veel meer passen bij het personage. Als bijvoorbeeld Night Fever zingt, ja, dat is gewoon een discoliedje. Dus het is lekker als die tekst in het Engels wordt gezongen.”

"Tijdens het toeren, 
worden de mensen waarmee je speelt
op een gegeven moment familie."

Je maakt onderdeel uit van een hele talentvolle en jonge cast. Naar wie kijk je het meest uit om mee samen te werken?
“Ik denk dat ik zelf het meest te maken ga krijgen met Buddy Vedder, die de rol van Tony gaat spelen. Hij is zo enthousiast en heeft al zoveel ervaring in het vak. Ik heb wel heel veel zin om met hem te gaan spelen.”

De rol van Annette heeft best wel een diepe laag. Hoe ga je om met de emotionele intensiteit van deze rol? Heb je technieken om na een voorstelling te ontspannen en te resetten?
“We eindigen de voorstelling met een vrolijke mega-mix, dus ik denk dat dat wel een hele goede manier gaat zijn om alle heftige scènes eruit te dansen. Tijdens het toeren, worden de mensen waarmee je speelt op een gegeven moment ook familie. Je kent elkaar door en door omdat je zoveel tijd met elkaar spendeert, dus ik kijk ook vooral heel erg uit naar dat we weer lol gaan hebben met elkaar.”

Afgelopen maanden hebben jullie korte optredens gehad bij de Musical Awards en op Koningsdag. Hoe anders is het om dat soort previews te spelen in vergelijking met voor een theaterzaal?
“Dat is wel echt een wereld van verschil. Bij televisiedingen komt op zoveel meer bij kijken dan bij theater, en dat is al extreem groot. Maar bij televisie is het nog veel groter! Je hebt daar nog zoveel extra dingen waar je over na moet denken. Het is opschieten, zorgen dat je klaarstaat en dan heel veel wachten. Dan is het één moment, je hebt één kans om het goed te doen en dat moment wordt meteen vastgelegd op YouTube. Daar komen weer heel veel reacties op die je kan lezen en dat maakt het ietsjes spannender.”

Wat is het gekste wat je ooit on stage hebt meegemaakt?
“Ik heb The Prom gespeeld, twee jaar geleden, en ik had een hele leuke collega, Rogier. Er was een scène bezig op het toneel en wij moesten met zijn tweeën die scène inlopen en Rogier was er niet, maar hij had wel de eerste zin. Toen dacht ik: ja, als ik nu niet oploop, staan de mensen op het toneel te wachten zonder te weten wat er gebeurt. Oké, ik ga! Dus ik ben opgelopen en ik besloot die eerste zin te zeggen als mijn personage. Ik zag Pia, Dennis en Joke me vol spanning aankijken. En terwijl ik die zin zei, zag ik ze allemaal kijken van: Ja, ja goedzo, ga door, vertel, je kan het! Toen was het dus gelukt om die zin door te komen en op dat moment kwam Rogier er ook bij. Dus eigenlijk was het een heel leuk en grappig moment, maar ook een moment vol spanning en adrenaline. Ik ga dat niet zo snel vergeten.”

"Ik denk dat het heel goed is om
te kijken naar hoe andere mensen spelen,
want daar leer je heel veel van." 

Wat vind je zo waardevol aan op het toneel staan?
“Er is een bepaald soort emotie wat je aan het publiek kan overbrengen als alles samenkomt en dat is zoiets bijzonders. Een aantal jaar geleden heb ik Kinky Boots gedaan en dat is een voorstelling over een schoenenfabriek die niet lekker loopt. De eigenaar komt dan een drag queen tegen en zij maken het plan om schoenen te maken voor drag queens, laarzen voor mannen. Degene die daar het meest op tegen was, was het personage Don en die werd gespeeld door Dennis Willekens. Ik speelde een heel klein rolletje op het einde, dus ik stond in de coulissen te wachten. Op het einde kwam Don de catwalk over met zijn laarzen aan, ging daar staan en zong: ‘Ik ben hier’ en elke avond voelde je dat het publiek losging, een soort schreeuw van liefde en opluchting. Dat was zo vet elke avond! Zo is er denk ik in elke goede show zo’n moment.”

Wat vind je van het stigma dat er om musicals heen hangt?
“Ik vind dat soms wel lastig want ik heb het idee dat het komt vanuit onwetendheid. Sommige mensen hebben een oordeel over het genre terwijl ze het eigenlijk niet zo goed begrijpen. Ik vind namelijk, dat zeggen dat je niet van musicals houdt, hetzelfde is als zeggen dat je niet van films houdt. Je kan musicals niet zien als één genre. Je kan een klassiek, zwaar en heftig stuk als Les Misérables niet vergelijken met Saturday Night Fever, Mamma Mia of Frozen.”

Wie zijn op muzikaal gebied jouw grote voorbeelden geweest?
“Tijdens de middelbare school wist ik dat ik musical wilde gaan doen. Toen had je het 25-jarig jubileum van The Phantom of the Opera én het 25-jarig jubileum van Les Misérables, allebei twee klassieke musicals en ik kon ze helemaal meezingen. Er was toen een musicalactrice Sierra Boggess, ik heb heel veel naar haar geluisterd. Samantha Barks is ook zo’n actrice, zij werd bekend in Les Misérables, ook zo’n goede zangeres. Ik denk dat het heel goed is om heel veel te kijken naar hoe andere mensen spelen, want daar leer je heel veel van. Dat kan je inspireren, maar uiteindelijk moet je het zelf gaan doen. Je kan niet iets compleet kopiëren, je bent gewoon totaal iemand anders. Dus ik denk dat het een zoektocht is van wie jij bent en hoe jij het fijnst zingt.”

Je hebt zelf ook lesgegeven. Wat is één van de belangrijkste lessen die jij jonge mensen met een musicalambitie zou willen meegeven?
“Ga naar musicals en laat je inspireren door wat er te zien is. Wees erop voorbereid dat je heel hard zal moeten werken. Heel veel mensen denken: ‘Wat leuk je beroep, zingen dansen echt vet dat je daar je geld mee kan verdienen’ en dat is het ook, maar er komt zoveel meer bij kijken dan gewoon vrolijk op het toneel staan. En als je voelt dat je dat wilt, dan zeg ik: ja, absoluut!”

"Als je stilstaat, toekijkt en alles laat gaan,
is het allemaal niet zo belangrijk
of groots als het leek."

Als je plots een andere carrière zou moeten maken, wat zou je dan gaan doen?
“Ik heb natuurlijk lesgegeven en ik merk dat ik dat heel erg leuk vind. Vooral het individuele zangles geven. Wat ook een soort passie van me is, is zelfontwikkeling, bezig zijn met hoe jij voor jezelf een manier kan vinden om je leven zo fijn mogelijk te maken. Ik heb een aantal cursussen gevolgd die gaan over dat je niet je gedachtes bent en dat je zelf kan kiezen hoe je tegen dingen aankijkt. Ik merk dat ik daar veel enthousiasme uit kan halen. Dat is wellicht ook nog wel een pad dat ik in een ander leven zou willen bewandelen.”

Welk nummer is echt jouw all-time favorite?
“Mijn favoriete nummer is een nummer van Otis Redding, Sittin’ on the Dock of the Bay. Ik denk dat iedereen dat nummer wel kent want het is één van zijn bekendste nummers. Het is eigenlijk een heel rustig liedje om naar te luisteren, maar het heeft een hele mooie, bitterzoete boodschap: als je stilstaat, toekijkt en alles laat gaan, is het allemaal niet zo belangrijk of groots als het leek. Ik vind dat nummer wel heel erg bijzonder.”

Wat zou je de lezer graag nog willen meegeven?
“Ik denk dat ik het liefst wil zeggen dat jullie gewoon allemaal moeten komen kijken naar Saturday Night Fever. Er gaan zoveel goede mensen aan meewerken zowel voor als achter de schermen en het wordt een hele vette voorstelling. Ik vind het ook heel spannend omdat het mijn eerste show is waarin ik meteen al een grote rol ga spelen en ik heb heel veel zin om daarmee te starten en dat aan de mensen te laten zien.”