JANNEMIEN CNOSSEN ALS STEM VAN VERSCHILLENDE GENERATIES


De stem van Jannemien Cnossen heeft bijna iedereen wel eens gehoord. Bewust of onbewust. Ze spreekt namelijk al jaren de stemmen in van verschillende (teken)filmkarakters. Ook heeft ze haar waanzinnige, muzikale talent als violiste laten horen in de vaste entourage van Herman van Veen. Nu stapt ze als frontvrouw het toneel op om een nieuw licht te schijnen op het repertoire van niemand minder dan Nina Simone. Wat doet Nina’s muziek met Jannemien en welke plannen heeft ze voor een eigen solocarrière? Wij gingen met haar in gesprek.

Dit interview liever kijken of luisteren? Klik dan op de podcast onder aan deze pagina!

Je brengt met Feeling Good een ode aan de artistieke durf van Nina Simone. Hoe zou je je eigen artistieke durf omschrijven?
Jannemien: “Zo, dat is meteen een lekkere vraag. Ik laat me wel inspireren door haar repertoire en haar artistieke durf is voor mij een inspiratie om die ook bij mezelf te gaan zoeken. Want dat vind ik niet altijd even makkelijk. Dus het is een drive om ook bij mezelf te kijken wat mijn motivatie is om een stuk te willen zingen of spelen en uit te zoeken wat ik daar allemaal mee kan.

Wat ik het allermooiste vind aan haar, is dat zij heel erg authentiek is. Ze is helemaal zichzelf en dat is iets wat ik ook probeer, maar je bent toch altijd bezig met wat het publiek ervan vindt en of ze het mooi vinden. Soms is het best moeilijk om daar een balans in te vinden.”

Nina Simone gebruikte haar muziek als wapen tegen racisme. Welke rol kan muziek volgens jou spelen in de strijd om vrijheid?
“Ik denk dat je met muziek een heel groot en breed publiek kan bereiken. Doormiddel van muziek krijg je de boodschap als toehoorder anders binnen dan via een grote demonstratie op straat of van politici. Dus ik denk dat dat veel impact kan hebben. Toen ik jong was, was er een lied, Free Nelson Mandela, en iedereen ging dat zingen, terwijl je bij wijze van niet eens wist wie Nelson Mandela was. Er werd automatisch interesse gewekt door het lied. Op die manier kan je heel veel mensen bewust maken en een heel groot publiek bereiken, met emotie en tekst.”

Je staat met Feeling Good op het toneel met een driekoppige band. Hoe is de dynamiek tussen jullie?
“Heel bijzonder. Met drummer Julian du Perron heb ik ooit anderhalf jaar met Herman van Veen mee getoerd, dus die ken ik al best wel goed. Via via ben ik met pianist Stan Molenaar in contact gekomen en was studiegenoten met bassist Remco van Vugt en zo zijn we met elkaar gaan spelen om te kijken of het klikte en dat deed het. Zij zijn net afgestudeerd van het conservatorium vorig jaar, dus het zijn jonge honden. Tot nu toe werkt dat heel goed en vind ik het heel inspirerend om met die jonge energie te werken. Ik denk dat we heel veel van elkaar kunnen leren.”

"Het licht gaat uit en er ontstaat
een wisselwerking tussen jou en je publiek
die geen dag hetzelfde is."

Wat is voor jou de aantrekkingskracht van tribute muziek?
“Ik denk dat het alleen maar aantrekkingskracht heeft als de artiest waar het over gaat, mij aanspreekt. Ik breng natuurlijk wel een tribute, maar ik ga Nina Simone niet nadoen. Dat kan ik ook niet, ik ben geen Nina Simone. Ik vind het wel heel fijn dat je een soort afgebakende inspiratiebron hebt waar je uit kan putten.”

Jazz-zang, viool en theater. Je doet het allemaal. Wat maakt dat deze drie dingen zo goed voor jou werken?
“Ik ben begonnen met klassiek viool op het conservatorium toen ik veertien was. Per toeval kwam daar zang bij en uiteindelijk heb ik het allebei gedaan. Al tijdens mijn studie kwam ik in het theater terecht bij Mini en Maxi, dus eigenlijk weet ik niet anders dan in het theater spelen vanaf mijn 21e. Ik voel me heel erg thuis in het theater en daar kan alles samenkomen.

Wat vind je het meest waardevol aan op het toneel staan?
“Het heeft iets magisch. Het is er alleen op dat moment en alleen met de mensen die op dat moment in de zaal zitten. Het licht gaat uit en er ontstaat iets wat maar eenmalig voorkomt. Het is een wisselwerking tussen jou en je publiek en dat is geen dag hetzelfde.”

Wat voor sfeer hangt er tijdens één van jouw voorstellingen?
“Ik ga dingen vertellen over Nina Simone, maar ook over mezelf. Dus ik hoop dat het voelt alsof je in een trein stapt die gaat rijden en dat je als publiek één grote boog meemaakt, zodat je na afloop denkt: huh, is het alweer voorbij? Ik hoop dat de dynamiek van de muziek en de verhalen, mooi in elkaar overvloeien. Voor de rest weet ik nog niet wat er gaat gebeuren, dat kan ook elke avond anders zijn.”

"Het is echt anders
en tegelijkertijd is het ook
gewoon muziek maken. "

In 2016 heb je een cd uitgebracht met allemaal songs van Herman van Veen die je vertaald hebt naar het Engels. Waarom vond je dat die teksten ook in andere talen zouden moeten bestaan?
“Die cd is eigenlijk ontstaan uit een project van Herman. Hij had een concert met allemaal artiesten die zijn repertoire in verschillende talen zongen en ik had drie liedjes gedaan in het Engels. Toen kwam het idee om daar een cd van te maken. Het is wel zo dat ik het het fijnste vind om in het Engels te zingen. Ik kan het in het Nederlands natuurlijk nooit zo goed als Herman zelf. Dus omdat het in een andere taal was, bracht het me heel veel. Het is dezelfde muziek, ongeveer dezelfde teksten en toch kon ik het meer naar mezelf toehalen en werd het repertoire echt van mij.”

Je bent al jarenlang Hermans vaste violiste. Hoe vind je de afwisseling tussen het zelf frontvrouw zijn en het meer op de achtergrond iemand anders in de schijnwerpers zetten?
“Mensen vragen me wel eens of ik niet alleen maar solo wil, maar ik vind begeleiden ook echt heel erg leuk. Bij Herman heb ik ook wel solomomenten, het is niet dat ik alleen maar in de schaduw sta. Natuurlijk gaat het om hem en moet ik spelen en zingen wat hij graag wil, maar dat is een hele andere tak van sport met een hele andere concentratie. Zelf frontvrouw zijn, vind ik ook hartstikke leuk. Het is echt anders en tegelijkertijd is het ook gewoon muziek maken. Het verschil is dat ík mag bepalen welke noten ik speel en zing en dat is af en toe ook wel erg fijn.”

Jaren geleden heb je ook met je zus op het toneel gestaan en ook je broer is acteur en muzikant. Hoe is het om in zo’n muzikale familie op te groeien?
“Toen ik klein was, wist ik niet beter. Wij speelden allemaal. We waren thuis met z’n vijven en de jongste drie zijn allemaal de muziek in gegaan, maar eigenlijk speelde iedereen een muziekinstrument. We maakten ook heel veel muziek met elkaar en dat was voor mij heel vanzelfsprekend. Pas later besef je je dat dat niet bij iedereen zo is. Mijn broer is dus operazanger geworden en mijn zusje is klassiek violiste met een eigen strijkkwartet, dus we hebben alle drie echt een eigen weg en richting gevonden, maar we begrijpen elkaar heel goed. Als je alle drie in de muziek zit, bindt dat wel.”

"Ik heb nog nooit
zelf een liedje geschreven."

Je debuteerde ooit met je cd Jann. Komt er binnenkort nog eigen muziek aan?
“Ik zal je eerlijk zeggen… ik heb nog nooit zelf een liedje geschreven. Het lijkt me wel heel gaaf, maar er zit een stemmetje in mij dat altijd zegt: ‘Dat kan jij helemaal niet!’ Misschien moet ik daar een keer de rust en tijd voor nemen of het met iemand samendoen, dat zou al heel veel schelen. Maar een goede tekst maken, is best lastig. Ik vind dat een liedtekst echt goed moet zijn en daar ben ik best wel kritisch op. Engels is ook niet mijn moedertaal en ik wil toch het liefst in het Engels zingen. Maar wie weet, misschien heb je net een vuurtje aangestoken.”

Je bent stemactrice en hebt ook meerdere rollen ingesproken, waaronder bijvoorbeeld Stella van Winx Club. Wat is het grootste verschil tussen acteren en stemacteren?
“Het zijn twee verschillende disciplines, maar het is wel allebei acteren. Ik heb niet zoveel ervaring als een acteur op toneel, daar ben ik ook niet voor opgeleid. Als je op toneel of voor film aan het acteren bent, ben je helemaal in beeld. Met stemacteren moet alles wat je speelt in je stem liggen. Wij moeten een karakter nasynchroniseren en enkel met onze stem tot leven brengen. Er zijn acteurs die ook heel goed kunnen stemacteren, maar er zijn ook acteurs die dat niet kunnen en andersom. Ik heb niet de ambitie om op toneel te acteren, maar het wil ook niet zeggen dat ik als stemacteur dat andere ook kan. Het zijn echt verschillende dingen.”

Je bent voor veel kinderen de stem van hun favoriete karakters. Welk van de stemmen vond jij het leukst om in te spreken? 
“Ik vind vooral sommige producties leuk om aan te werken. Wat ik nu heel leuk vind, is live action. Dat is met echte mensen en dus niet getekend. Ik vind het een enorme uitdaging om dat mooi te krijgen met de mondbewegingen. Als het mondje net wat vaker heen en weer gaat, heb je dat als kijker met live action namelijk sneller in de gaten. Ook is bij sommige projecten het verhaal heel mooi of lief en dan haal je daar meer diepgang uit dan bijvoorbeeld iets als Pokémon.”

Is er een song die je anderen zou aanraden om te luisteren?
“Wat ik heel mooi vind, is Little Girl Blue van Nina Simone. Met haar klassieke piano intro. Dat ga ik hier ook spelen, maar wel op een iets andere manier. Ik ga daarbij viool spelen.”

Meer weten? Beluister het complete gesprek via onze podcast Theater Praat op Spotify en YouTube! 
Feeling Good is op vrijdag 17 januari 2024 te zien in Spectrum Veenendaal. Bestel nu je tickets.

  • Jannemien Cnossen zingt Nina Simone

    Feeling good
    een ode aan Nina Simone
    vrijdag 17 januari 20:15
    Spectrum Veenendaal
    vr 17 januari
    20:15
    Tickets